Naar inhoud springen

Megatherium: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 44: Regel 44:


{{Appendix||2=
{{Appendix||2=
{{Referenties}}
{{References}}
* [http://paleodb.org/cgi-bin/bridge.pl?a=basicTaxonInfo&taxon_no=43616 ''Megatherium] in de Paleobiology Database
* [http://paleodb.org/cgi-bin/bridge.pl?a=basicTaxonInfo&taxon_no=43616 ''Megatherium''] in de Paleobiology Database
* {{Bronvermelding anderstalige Wikipedia|taal=de|titel=Megatherium|oldid=194738423|datum=20200220}}
* {{Bronvermelding anderstalige Wikipedia|taal=de|titel=Megatherium|oldid=194738423|datum=20200220}}
}}
}}

Versie van 20 feb 2020 22:25

Megatherium
Status: Uitgestorven, als fossiel bekend
Fossiel voorkomen: Laat-Plioceen – Vroeg-Holoceen
Megatherium
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Mammalia (Zoogdieren)
Orde:Pilosa (Luiaards en miereneters)
Onderorde:Folivora (Luiaards)
Familie:Megatheriidae
Geslacht
Megatherium
Cuvier, 1796
Typesoort
Megatherium americanum Cuvier, 1796
Soorten[1]
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Megatherium op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Zoogdieren

Megatherium is een geslacht uit de uitgestorven familie van Megatheriidae, een groep soms gigantische luiaards. Met name het olifantformaat M. americanum is een van de bekendste en best bestudeerde vormen en is samen met Eremotherium de grootste bekende vertegenwoordiger van de grote grondluiaard. Het geslacht verscheen ongeveer 5 miljoen jaar geleden uit het Onder-Plioceen naar de overgang van het Boven-Pleistoceen naar het Onder-Holoceen ongeveer 8.000, mogelijk slechts tot ongeveer 11.000 jaar geleden. Er zijn twee ontwikkelingslijnen binnen het geslacht. De ene vormt de laaglandvorm M. americanum, die de centrale tot gedeeltelijk zuidelijke, gematigde regio's van Zuid-Amerika bewoonde, voornamelijk de Pampa-regio in wat nu Argentinië is, de andere kwam voornamelijk voor in de hoge bergen van de Andes en omvatte verschillende soorten. Beide ontwikkelingslijnen kunnen worden onderscheiden door kenmerken op het skelet.

Als een belangrijke herbivoor at Megatherium voornamelijk zacht plantaardig voedsel. Het was in staat om op zijn achterpoten te staan voor voedsel, de sterke staart diende als een ondersteuning op de grond. De enorme armen werden gebruikt om takken en twijgen te trekken. Soms wordt echter een aanzienlijk meer op vlees gebaseerd dieet besproken. Ook in het middelpunt van een wetenschappelijk debat staat de vraag of Megatherium niet alleen rechtop ging voor voedsel, maar ook in staat was om tweevoetig voortbewegen op lange termijn, waardoor het het grootste bekende zoogdier met dit soort beweging zou worden. Zowel het beeld van een roofzuchtige manier van leven als een permanente tweebenige wandeling zijn erg controversieel.

De ontdekking van fossiele overblijfselen van Megatherium dateert uit de late 18e eeuw. Een skelet uit Luján in het huidige Argentinië leidde in 1796 tot de wetenschappelijke beschrijving van het geslacht door Georges Cuvier. Andere belangrijke vondsten werden verzameld in 1832 door Charles Darwin op zijn historische reis met de HMS Beagle rond Zuid-Amerika in de Pampa-gebieden. Megatherium speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling en oprichting van paleontologie als een tak van wetenschap in de loop van de 19e eeuw. De vroege onderzoeksgeschiedenis van het geslacht wordt niet alleen gevormd door tal van nieuwe bevindingen, maar ook door individuele beslissende fouten.

Kenmerken

Soorten uit dit geslacht werden tot zes meter lang, twee meter hoog bij de heup, en wogen tot 3,8 ton - 500 maal zwaarder dan de hedendaagse luiaards. Vlak onder de huid zaten kiezelsteenachtige huidbotjes. Deze vormden mogelijk een ondoordringbaar "maliënkolder". De grootste grondluiaard ooit was Eremotherium laurillardi uit Centraal-Amerika en de zuidelijke Verenigde Staten.

Leefwijze

Het waren niet kieskeurige planteneters, hoewel soms wordt beweerd dat ze ook vlees aten. De voetsporen laten zien dat grondluiaards op de zijkant van hun voeten liepen. De sporen hebben de vorm van een komma. Megatherium liep ook regelmatig op twee poten, wat voor een dier van deze omvang uitzonderlijk is. Het gebruikte hierbij zijn brede gespierde staart om balans te houden. Op deze manier kon het dier bij hoger hangende bladeren komen, en waarschijnlijk had het dier een lange tong om bladeren mee te eten, net als de hedendaagse luiaard.

Voor het uitsterven van Megatherium, zo rond 7000 voor Christus, wordt vaak de opkomst van de mens en de jacht als oorzaak aangewezen.

Literatuur

  • Paul S. Martin, Richard G. Klein (Hrsg.): Quaternary Extinctions. A Prehistoric Revolution. The University of Arizona Press, Tucson AZ 1984, ISBN 0-8165-1100-4.
  • Richard A. Fariña, Sergio F. Vizcaíno, Gerardo De Iuliis: Megafauna. Giant beasts of Pleistocene South America. Indiana University Press, 2013, ISBN 978-0-253-00230-3, S. 254–256.

Zie ook