Napoleon Bonaparte
Napoleon I | ||
---|---|---|
1769-1821 | ||
Keizer der Fransen | ||
Periode | 1804-1814 | |
Voorganger | Eerste Franse Republiek | |
Opvolger | Lodewijk XVIII (koning) | |
Keizer der Fransen | ||
Periode | 1815 | |
Voorganger | Lodewijk XVIII (koning) | |
Opvolger | Napoleon II | |
Koning van Italië | ||
Periode | 1805-1814 | |
Voorganger | -- | |
Opvolger | -- | |
Vader | Carlo Maria Buonaparte | |
Moeder | Maria Laetitia Ramolino | |
Dynastie | Bonaparte |
Napoleon Bonaparte (Ajaccio (Corsica), 15 augustus 1769 — Longwood (Sint-Helena), 5 mei 1821) was Eerste Consul van Frankrijk (1799 - 1804) en daarna keizer der Fransen (1804 - 1815). In die hoedanigheid werd hij de machtigste man van Europa en een van de bekendste en meest invloedrijke figuren in de wereldgeschiedenis.
Napoleon is vooral belangrijk als militair leider van het Franse leger in deze periodes, en is verder bekend door zijn heerschappij als vorst in het Frankrijk van na de revolutie, door zijn veldtocht naar Moskou en door zijn ondergang in Waterloo. De combinatie legerleider - staatshoofd, en dit op Europese schaal, maakt hem tot alleenheerser (of dictator) van een groot deel van Europa rond het jaar 1800.
Zijn functies waren als volgt:
- Eerste Consul van Frankrijk van 11 november 1799 tot 18 mei 1804
- Keizer der Fransen van 1804 tot 6 april 1814 en van 20 maart tot 22 juni 1815
- Koning van Italië van 31 maart 1805 tot 1814
- Beschermheer van de Rijnbond van 12 juni 1806 tot 1813.
Jeugd
Napoleone Buonaparte (zijn echte, Italiaanse geboortenaam) werd geboren in Ajaccio op Corsica, kort nadat dit eiland door Frankrijk was geannexeerd. Hij was de tweede zoon van Carlo Buonaparte en Maria Laetitia Ramolino. De familie Buonaparte was uit Toscane afkomstig (Ajaccio was eigenlijk een Italiaanse kolonie die verboden was voor autochtone Corsicanen). Als een van leidende families van Ajaccio kon vader Bonaparte zich na de annexatie door Frankrijk (waarna hij zich "Charles de Bonaparte" noemde) tot de adel laten erkennen. Daardoor kon hij voor Napoleon een studiebeurs krijgen om in Frankrijk een officiersopleiding te volgen.
Napoleon was als volwassene niet echt groot van gestalte: ongeveer 1.67m, maar viel hierin niet bijzonder op bij zijn tijdgenoten. De gemiddelde Italiaan van zijn generatie was van dezelfde lengte. De verhalen dat Napoleon een echt 'onderdeurtje' was zijn waarschijnlijk terug te voeren op spotprenten in de Britse pers.
Hij studeerde aan de militaire scholen van Brienne en Parijs. Toen hij deze laatste verliet was hij onderluitenant van de artillerie.
Tijdens de Franse Revolutie, toen Frankrijk van alle kanten werd aangevallen, ging hij met verlof naar Corsica om zijn diensten aan de bieden aan de Corsicaanse vrijheidsstrijder Pasquale Paoli, die toen de kant van de revolutie had gekozen en feitelijk de macht op het eiland uitoefende. Het lukte hem in 1792 luitenant-kolonel van de Nationale Garde op Corsica te worden, hoewel hij intussen nog altijd artillerieofficier met verlof was. Toen de meeste Corsicanen, met Paoli, zich tegen het revolutionair bewind in Parijs keerden, bleef Napoleon de kant van de revolutie trouw. Het gevolg was dat hij en zijn familie Ajaccio moesten ontvluchten.
In 1793 nam hij, als kolonel van de artillerie, deel aan de verovering van Toulon op, door de Engelsen gesteunde, Franse koningsgezinden. Hiervoor kreeg hij een eervolle vermelding en werd hij benoemd tot brigadegeneraal, op 24-jarige leeftijd.
Italiaanse Veldtocht
Op 2 maart 1796 kreeg Napoleon het bevel over het Franse leger aan het Italiaanse front. In opdracht van het Directoire viel hij nog binnen een maand Italië binnen. Het leger was echter slecht gevoed en gekleed. Ze gingen dan ook slechts onder valse beloftes vanuit de legerleiding op pad. Hen werd door officieren voorgehouden dat ze konden rekenen op een grote eer, roem en buit.
Napoleon viel Italië binnen via het westen in de Piemonte. Vanuit hier ging hij via de Po(rivier) richting het oosten. Dit ging nog volgens de plannen van het Directoire; vanuit hier zou hij door moeten trekken tot aan de Etsch, om vanuit daar richting Wenen te trekken. Maar vanwege de slechte gesteldheid van zijn leger maakte hij een zuidwaartse beweging, waarbij zijn leger plunderend tot in de pauselijke staten komt. Als hij ook deze gebieden geplunderd heeft, hervat zijn leger de weg weer noordwaarts.
Het ging er op lijken dat het een makkelijke doortocht wordt, maar Napoleon wordt bij Caldiero staande gehouden en moet zelfs gedeeltelijk terugtrekken. Hierna volgen er twee slagen (Arcole en Rivoli) die Napoleon verbazingwekkend wint. Dankzij deze overwinningen kan Napoleon doordringen tot 100 km afstand van Wenen, waar Aartshertog Charles om een wapenstilstand vraagt. Deze Italiaanse veldtocht was voor Napoleon een grote doorbraak, maar voor de veroverde gebieden een tijd waarin plunderingen centraal zouden staan. Dat Napoleon dankzij de Italiaanse veldtocht veel roem genoot, was meer te danken aan handige propaganda achteraf dan door zijn daadwerkelijke succesen.
Napoleon aan de macht
Na de overwinningen in Italië - dat hij later zijn Koninkrijk Italië noemde - ging hij naar Egypte, want hij wilde ook gebieden in het Oosten hebben. De regering wilde eigenlijk dat hij oorlog tegen Engeland voerde, maar Napoleon was van mening dat de Engelsen het best bestreden konden worden door hun handel in het Oosten (met Brits Indië) te blokkeren. Hij behaalde de overmacht en trok via Malta Egypte binnen. Al snel veroverde hij Egypte, maar Engeland won enkele dagen later, op 1 augustus 1798, een zeeslag (Slag op de Nijl) en had daardoor het Middellandse Zeegebied in handen, waardoor Napoleons leger in Egypte vastzat.
Ook Oostenrijk, Turkije, Rusland en Napels verklaarden de Fransen de oorlog. Hierdoor verloor Frankrijk al zijn bezittingen in Italië, op Genua na. Maar toen Napoleon de Franse toestand vernam, ontsnapte hij uit Egypte en trok naar Parijs.
Hij kreeg de steun van het volk, omdat men met de huidige regering ontevreden was. Hij zette de regering tijdens een staatsgreep af (9 november 1799), wat het einde van het Directoire betekende. Er kwam een nieuwe grondwet, die inhield dat er drie mannen, consuls genaamd, de macht kregen. Het Consulaat werd definitief op 15 december 1799 geïnstalleerd. Napoleon werd de eerste consul, advocaat de Cambacérès tweede consul en Lebrun derde consul. Zij mochten 10 jaar aan de macht blijven, maar eigenlijk had alleen de eerste consul, Napoleon, de macht over heel Frankrijk in handen.
Hij deed er alles aan Frankrijk weer op de been te krijgen, en hij begreep dat je een land het beste kon opbouwen als er vrede was. Napoleon bood Engeland en Oostenrijk vrede aan, maar deze waren het niet eens met de voorwaarden en besloten samen een bondgenootschap tegen Frankrijk te vormen.
Hierdoor braken er weer nieuwe oorlogen uit, maar het leger van Napoleon won uiteindelijk toch. Op 9 februari 1801 werd in Lunéville het vredesverdrag door Oostenrijk en Napels getekend. Het bondgenootschap tussen Oostenrijk en Engeland was inmiddels verbroken. Door dit vredesverdrag kreeg Frankrijk weer in het grootste deel van Italië de macht. Later tekende ook Rusland het vredesverdrag.
Op 15 augustus van datzelfde jaar sloot Napoleon een overeenkomst met Paus Pius VII, genoemd het Concordaat. Zo werd Napoleon ook geliefd bij de katholieken. Op 27 maart 1802 werd eindelijk ook vrede gesloten met de Engelsen.
Dit maakte Napoleon immens populair. Het volk bepaalde dat hij consul voor het leven zou worden, en door middel van een nieuwe grondwet, waarin bepaald werd dat hij zelf verdragen mocht sluiten en zelf rechterlijke beslissingen ongeldig mocht verklaren, verstevigde hij zijn machtspositie. Napoleon werd alleenheerser over Frankrijk. Frankrijk was een dictatuur geworden.
Maar Napoleon wilde meer dan consul voor het leven zijn, en hij liet zich door de senaat tot "Keizer der Fransen" uitroepen. Door een volksstemming gebeurde dit dan ook. Op 2 december 1804 kroonde Napoleon zichzelf in aanwezigheid van Paus Pius VII in de Notre-Dame tot Keizer. Later werd hij door dezelfde paus na zijn aanvallen op pauselijke staten geëxcommuniceerd. Het Louvre, waar veel geroofde kunst werd ondergebracht, werd omgedoopt in Musée Napoléon.
Evaluatie: zijn kwaliteiten en foute inschattingen
Napoleon bleek als militair in opleiding uitzonderlijk goed te zijn in rekenen en kaartlezen. Hij heeft zelfs een meetkundige stelling, de Stelling van Napoleon, op zijn naam staan maar het is niet duidelijk of hij echt zelf deze stelling bewezen heeft. Het rekenen paste hij o.a. toe in de artillerie bij het berekenen van de baan van een kanonskogel, het kaartlezen gebruikte hij zijn leven lang om vanaf (vaak slordige en foute) kaarten een goede positie en opstelling na te streven. Het blijkt dat Napoleon de slagen won, die hij op zijn zelfgekozen slagveld voerde. Een combinatie van die twee talenten leidde tot zijn capaciteit om een legerverplaatsing over vele honderden kilometers te plannen, waardoor hij een belangrijk of beslissend voordeel kon halen.
Napoleon was een groot organisator. Hij heeft talloze bestuurlijke vernieuwingen doorgevoerd en in heel Europa een voorbeeld van een strak geregeld en doeltreffend bewind nagelaten. Hij was ook een bekwaam wetgever die zich door voortreffelijke juristen als Cambacérès liet adviseren.
Hij beging de fout dat hij het belang van de Engelse blokkade van Europese continentale havens (van Marseille tot aan Riga) onderschatte. Merkwaardig was dat de blokkade eenzijdig was; Frankrijk exporteerde graan en zonder dat graan zou Engeland verhongerd zijn. Napoleon dacht nog in mercantilistische termen en dacht dat het stilleggen van de Britse export de Britse economie zou ruïneren.
Napoleon verkeek zich, zoals Adolf Hitler ruim een eeuw later, op het effect van de extreme winterkoude en de enorme afstanden in Rusland vergeleken met die van westelijk Europa. Zijn traditionele manier om zijn troepen 'van het land' te laten leven, d.w.z door al plunderend op te marcheren, faalde in Rusland volledig vanwege de enorme omvang van zijn leger in Rusland en de verschroeide-aardetactiek van de Russen.
Napoleon ontwikkelde zich meer en meer tot een tiran. Censuur en een uitgebreide geheime politie onderdrukten alle kritiek op de keizer. Door steeds jongere rekruten op te roepen en voortdurend oorlog te blijven voeren heeft Napoleon Frankrijk demografisch en economisch uitgeput.
Napoleon was een zeer bekwaam propagandist van zijn eigen zaak maar een slecht redenaar. Zowel bij zijn optreden voor de "Raad der Ouden" in Saint-Cloud tijdens zijn staatsgreep in 1799 als bij zijn rede voor de Senaat na de nederlaag in Rusland heeft Napoleon staan hakkelen en sloeg zo een slecht figuur.
Waar zijn eigen macht niet in het geding was kon Napoleon tolerant en een ware zoon van de Franse Revolutie zijn. Hij emancipeerde de Joden en zag zich, theatraal als hij was, als de "Tweede Mozes" die een Groot Sanhedrin bijeen zou roepen. Van het inschakelen van de Joden voor de Keizerlijke zaak kwam echter weinig terecht en in 1812 beperkte Napoleon hun politieke en economische rechten weer. Hij werd desondanks geliefd bij de Europese Joden en Heinrich Heine vereerde de keizer. De Napoleontische Code Pénal maakte een einde aan de vervolging van homoseksuelen. De slavernij werd door Napoleon daarentegen wèl verdedigd maar zijn poging om Santo Domingo te heroveren mislukte jammerlijk. Voor de emancipatie van vrouwen had de Corsicaan geen oog. Napoleon waardeerde ontwikkelde vrouwen als Madame de Staël beslist niet.
De waardering van de persoon en zijn werk worden door de door Napoleon doelbewust gecreëerde legende gehinderd. Hij heeft zijn bekwaamste generaals stelselmatig belasterd en doodgezwegen. Op Sint-Helena is door de verbannen keizer zes jaar lang hard gewerkt aan een revisie van zijn loopbaan en de legende van de goedbedoelende, populaire staatsman. Alle mislukkingen werden op het conto van anderen geschreven. Door de verwrongen beeldvorming en de halve waarheden waarmee voor- en tegenstanders hun boeken vulden is het moeilijk om een objectief beeld te krijgen.
De Napoleonliteratuur telde in 1946 al meer dan 100.000 werken. Sommige biografen zien hem als een hebzuchtige en nietsontziende tiran en trekken vergelijkingen met Hitler en Stalin. Anderen zien hem als de goedhartige "kleine korporaal" en benadrukken zijn prestaties.
Geopolitieke gevolgen
Napoleons veroveringen stimuleerden het Duitse nationalisme, dat Frankrijk nog parten zou gaan spelen en de opkomst van Rusland als een machtsfactor waarmee heel Europa rekening moest houden.
De Franse bezetting van Spanje vanaf 1808, die leidde tot de zes jaar durende Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog, bood een groot deel van Spanjes Amerikaanse koloniën de kans zich onafhankelijk te maken. Van heel Latijns-Amerika bleef alleen Cuba nog onder Spaans gezag.
Het Franse streven om de verworvenheden van de Franse Revolutie te exporteren, is het minst succesvol gebleken en wellicht zelfs contraproduktief geweest in Spanje, dat toch al achtergebleven en geïsoleerd was ten opzichte van de rest van het moderne West-Europa. Na de Franse tijd kwam in Spanje het uiterst reactionaire Carlisme op. Het Spaanse isolement zou pas na 1975 echt doorbroken worden. Wat door de Fransen als 'vooruitgang' was aangeprezen, ervoeren de Spanjaarden vooral als vernederingen en onbeschrijfelijke gruwelen, die door de Spaanse kunstenaar Francisco Goya zijn vereeuwigd in een serie etsen, de 'Desastres de la guerra'. In Spanje ontwikkelde zich een nieuw type oorlog, de 'guerrilla', die door de Britten ijverig gesteund werd en waarop Napoleon en zijn kundige generaals geen goed antwoord hadden.
Frankrijk deed in 1803 afstand van de laatste kolonie op het Noord-Amerikaanse continent door verkoop aan de Verenigde Staten van Louisiana, dat vele malen meer omvatte dan de huidige deelstaat. De VS verdubbelde hiermee zijn toenmalige grondgebied. De Franse Caraïbische slavenkolonie Haïti kon door middel van een opstand in 1804 onafhankelijk worden. Frankrijk had op het westelijk halfrond nog slechts Frans Guyana en wat eilandjes in de Caraïbische Zee over.
Vernieuwingen ingevoerd tijdens het Napoleontische bewind
Ondanks machtsmisbruik en zelfverrijking door Napoleon[1] is de invloed van de Franse Revolutie en de vervolgens door Napoleon geëxporteerde verworvenheden van de Revolutie op cultuur en bestuur van Europa van groot en blijvend belang gebleken. De nog wat feodale verhoudingen in West- en Centraal-Europa hadden een slag gekregen waarvan zij niet meer zouden herstellen. Niet adellijke afkomst, maar talent en opleiding werden doorslaggevend voor het bekleden van machtsposities. Loyaliteit werd in de eerste plaats verschuldigd aan het centrale gezag in plaats van aan een lokale (feodale) machthebber. Daarmee werd de weg vrijgemaakt voor het nationalisme en de daaruit voortkomende natiestaat.
Een aantal concrete verbeteringen zijn:
- Verkeer: in continentaal Europa wordt sinds Napoelon vrijwel overal rechts gereden. (Zweden schakelde pas over naar rechts rijden op 3 september 1967). Het Europese wegennet werd fors uitgebreid met een reeks verbindingen tussen grote steden die vaak lijnrecht waren. Deze zijn ook nu nog herkenbaar als "route nationale".
- In het gehele gebied werden dezelfde maten en gewichten zoals de kilo, de meter en de liter ingevoerd; oude lokale maten werden afgeschaft.
- Een gestandaardiseerde registratie van geboorten, huwelijken, echtscheidingen en overlijdens werd ingevoerd: de Burgerlijke Stand. Mensen moesten een definitieve spellingswijze van de veelal bestaande achternaam opgeven; slechts in het noorden van Nederland waren vele namen daarvóór nog niet gefixeerd. In andere streken van Nederland bestonden 'vaste' achternamen soms al sinds de middeleeuwen. Er bestaat een hardnekkige mythe dat mensen 'ludieke' achternamen als Naaktgeboren of Poepjes kozen; in werkelijkheid bestonden deze namen al langer, en zijn ze niet specifiek bij de vastlegging van de namen 'bedacht'. Zo is Poepjes het patroniem van de Friese naam Poppo, en bestonden bijnamen als Naaktgeboren al vóór de Franse tijd.[2]
- Veel (burgerlijke) wetgeving stamt uit deze tijd, zie het artikel over de Code Napoléon.
- De maatschappelijke standen werden afgeschaft en hiermee tevens de speciale voorrechten en privileges van de geestelijkheid en de aristocratie. Dezen hadden voortaan dezelfde rechten en plichten als de burgerij.De vraag is alleen of dit echt de verdiensten waren van Napoleon zelf. Volgens DR. P. Geyl, een gerenommeerd historicus, heeft Napoleon slechts het proces kunnen bevorderen door de veranderingen in de tijd. Hij schaft dan misschien mede door de revolutie de oude standen af, maar er komt een nieuwe aristocratie op, de notabelen. Hun rijkdom en invloed nemen toe onder het bewind van keizer Napoleon.
- Veel versnipperde kleine staatjes, vorstendommen en heerlijkheden werden samengevoegd tot grotere overzichtelijke eenheden zoals in het gebied van het aloude Heilige Roomse Rijk waar vele kleine vorstendommen en staatjes bijeen gevoegd werden (Reichsdeputationshauptschluss). Een voorbeeld was de nieuwe Rijnbond. In het gebied van Nederland werd in deze tijd het departement van de Neder-Maas gevormd: de latere provincie Limburg in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Dit bestond voorheen uit talloze versnipperde gebiedjes en heerlijkheden. Het klopt dat Napoleon heeft bijgedragen aan het vormen van grotere eenheden. De vraag is echter met welk doen. Had dit wel een nobel doel en is dat ook aan te merken als een concrete verbetering? Napoleon was bezig met het oprichten van een rijk dat zich eeuwig moest uitbreiden en het hele vaste land moest opslokken. Hier uit zou je de conclusie kunnen trekken dat Napoleon niet meer was dan een op macht uit zijnde dictator en niet iemand die met concrete verbeteringen bezig was voor de toekomst en het volk.
- Onderwijs en gezondheidszorg werden beter geregeld en beter toegankelijk gemaakt voor de gewone burgers. Maar hier kan wel een kanttekening bij worden gemaakt. Men kan hem ‘de keizer van de Profesoren’ noemen, echter hij was een ware hater van de vrije gedachte. Napoleon heeft zelf ook nog een uitleg gegeven met welk doel hij het onderwijs aan het hervormen was; 'Mijn voornaamste doel is een middel om aan politieke en morele inzichten leiding te geven'. Kortweg was hij dus niet bezig met verbeteringen maar met indoctrinatie van zijn ideologie.
- Carrièremogelijkheden voor iedereen in overheidsbestuur en leger (de hogere functies hierin waren voorheen bijna uitsluitend het terrein van de aristocratie) omdat vanaf Napoleon iemands capaciteiten belangrijker werden dan iemands afkomst.
- Nadat Napoleon in 1815 was verslagen, werd de geroofde kunst teruggeëist. De kunstwerken werden niet langer als de privécollectie beschouwd van een koning of prins. Het was het begin van de nationale musea in de meeste Europese landen.
Bezette gebieden, bondgenoten en vijanden
Bezette gebieden en bondgenoten
Frankrijk had Nederland en delen van Duitsland en Italië in zijn macht. Napoleon zette daar verschillende familieleden op de troon: zijn oudere broer Jozef werd koning van Napels en later Spanje, zijn broer Lodewijk koning van Holland, zijn broer Jérôme koning van Westfalen, zijn zus Elisa prinses van Lucca en Piombino en groothertogin van Toscane, zijn zwager Joachim Murat eveneens koning van Napels (na Jozef) en zijn stiefzoon Eugène de Beauharnais onderkoning van het Koninkrijk Italië.
In 1801 voegden Oostenrijk en Rusland zich hierbij. Engeland sloot zich in 1802 aan. Napoleon had toen voldoende politieke rust en kon beginnen met de wederopbouw van Frankrijk.
Vijanden
Napoleon werd in eerste instantie door de Europese staten gezien als degene die in Frankrijk de onrust na de Franse Revolutie de kop wist in te drukken. Zijn veroveringsdrang en zijn monarchistische neigingen boezemden dan weer vrees in. Ook zijn 'zelfkroning' tot keizer werd door de vorstenhuizen niet gewaardeerd. Vanaf 1803 kreeg Napoleon daardoor steeds meer vijanden. Engeland was de eerste die het bondgenootschap opzegde, daarna sloten Rusland, Zweden, het Heilige Roomse Rijk, Oostenrijk en Napels zich hierbij aan en samen verklaarden ze Frankrijk de oorlog. De Oostenrijkers vielen Beieren binnen en Napoleon vocht terug. Hij versloeg een groot Oostenrijks leger bij Ulm, en ging toen door naar Wenen en bezette de Oostenrijkse hoofdstad. De Oostenrijkse en Russische legers wilden Wenen terugveroveren maar dit lukte hen niet. Deze slag werd in Austerlitz beslecht.
De Russische veldtocht van "La Grande Armée"
Het bondgenootschap van Rusland met Frankrijk leidde tot klachten van de Russische handel en nijverheid. Zij waren grotendeels afhankelijk van handelsbetrekkingen met Engeland, terwijl één van de voorwaarden van het bondgenootschap deelname aan de blokkade van Engeland was. Dit stond namelijk in het Continentaal stelsel. De Russische tsaar, Alexander I, zag dat zijn economie schade opliep, en trachtte deze voorwaarden te verzachten. Napoleon bleek echter doof voor deze klachten, en uiteindelijk herstelde de tsaar het contact met zijn oude handelspartner Engeland. Op 31 december 1810 liet Rusland weten geen bondgenoot meer te willen zijn van Frankrijk. Napoleon was het hier niet mee eens, en trok naar Rusland; hij had het plan om heel Europa te veroveren. In 1812 maakten Frankrijk en Rusland zich dan ook klaar voor de oorlog.
Napoleon stelde een leger van 500.000 man van verschillende nationaliteiten samen aan de oostgrens van het huidige Polen. Naast Fransen (50% bij infanterie, 35% bij cavalerie) waren ook Italianen, Polen, Pruisen, Zwitsers, Nederlanders, Duitsers en Spanjaarden vertegenwoordigd. Het leger werd "La Grande Armée" genoemd, maar velen waren nog onder de twintig en geronseld uit weeshuizen. Op 22 juni verklaarde Napoleon aan Rusland de oorlog. Hij inspecteerde zijn troepen die dag. De volgende dag begon hij met de oversteek van de rivier Nemunas (Memel). De oversteek werd gecompleteerd op 24 juni, waarna hij Rusland verder binnenviel. "Over twee maanden vraagt Rusland mij om vrede" ('Avant deux mois, la Russie me demandera la paix'), zei hij. Helaas voor Napoleon werd er niet gevochten in Finland (door de Zweden), en ook niet via de Balkan. Toen de Russen zagen hoe groot het leger van Napoleon was, trokken ze zich terug. Op hun terugweg pasten ze de tactiek van de verschroeide aarde toe, ze vernielden alles wat maar bruikbaar zou kunnen zijn voor Napoleon, en vergiftigden zelfs de waterputten. In het leger van Napoleon braken allerlei besmettelijke ziekten uit, zoals tuberculose en vlektyfus. Napoleon had gedacht de Russen vlak over de grens al te verslaan en verder van het veroverde land te leven, maar moest een uitputtende tocht maken met schermutselingen en gebrek aan voorraden.
Op 15 augustus, de verjaardag van Napoleon, bereikte zijn leger de Dnjepr. Confrontaties met het Russische leger werden door Napoleon gewonnen, maar doordat de Russen zich steeds verder terugtrokken werd hij steeds dieper Rusland ingelokt. Na 800 kilometer in 82 dagen bereikte hij Moskou. Op dat moment was al meer dan de helft van het leger van Napoleon omgekomen, en nog steeds had hij geen beslissende slag kunnen leveren. De Russische verliezen waren groter, maar de Russen konden deze nog aanzuiveren. Het Russische leger onder aanvoering van veldmaarschalk Michail Koetoezov had besloten Moskou niet te verdedigen, maar de stad te evacueren, en ook het leger oostelijk van Moskou terug te trekken. Napoleon "kreeg" Moskou wel, maar de tsaar hoefde zich niet over te geven. Bovendien staken de Russen ook hun eigen "tweede hoofdstad" in brand om zo Napoleon uit te putten. De Russen wilden geen vredesverdrag, en door tekort aan voedsel kon Napoleon niet anders doen dan zich terugtrekken. De grote brand in Moskou droeg zeker bij aan de Russische eindzege, maar de gouverneur Rostoptsjin beleefde er weinig plezier aan. Het aanstichten van de brand is hem tot zijn dood kwalijk genomen.
De terugtocht uit Rusland was verschrikkelijk: Napoleon kwam terug op zijn besluit een andere route te nemen. Daar waren de boeren al op de heenweg geplunderd. De honger werd zo acuut dat de soldaten overgingen tot kannibalisme en ook insecten, katten en de kadavers van paarden opaten, die ze op de heenweg hadden achtergelaten. Na de herfstregens volgde een Russische winter, met temperaturen ver beneden het vriespunt. Behalve door ondervoeding overleden nu ook vele soldaten door bevriezing. Toen het leger de rivier de Berezina overstak, begaf een van de geïmproviseerde bruggen het, en vele soldaten kwamen in het ijskoude water om. Het leger werd steeds aangevallen, en toen ze op 18 december 1812 de Russische grens bereikten was nog ongeveer een derde van de soldaten in leven.
Napoleon wist dat de tocht naar Rusland een enorme blunder was, maar gaf de strenge winter, die in verband wordt gebracht met een aantal vulkaanuitbarstingen en El Niño, de schuld. De rampzalig verlopen veldtocht leidde tot een anti-Franse stemming in alle landen onder Frans gezag en tot onrust in Italië, de Nederlanden en Zwitserland. In Spanje raakten de Fransen in het defensief. Pruisen, tot dan toe een onwillige bondgenoot, verklaarde de keizer de oorlog. Rusland stond dus niet langer alleen. Frankrijk gaf zich echter nog niet gewonnen en versterkte zijn leger. In mei 1813 versloegen de Fransen hun Pruisische en Russische tegenstanders te Lützen en bij de Slag bij Bautzen. Maar in augustus 1813 rukten drie tegen Napoleon verbonden legers op naar Saksen (de Oostenrijkers, een Russisch-Pruisisch leger en een legermacht van Zweden en Russen). Tussen 16 en 19 oktober vond bij Leipzig de grote Volkerenslag plaats, waarin Napoleon verpletterend werd verslagen. De keizer trok zich vervolgens terug achter de Rijn. Ondanks zijn desastreuze nederlaag hoopte hij Frankrijk nog voor een invasie te kunnen behoeden.
Met zijn resterende troepen (ondanks een tekort aan manschappen) kon hij toch nog de geallieerden een tijdje op afstand houden. Maar toen Napoleon naar Lotharingen trok om de geallieerde bevoorradingslijnen af te snijden, openden de Verbondenen onverwacht hun offensief richting de Franse hoofdstad. Deze bleek niet voldoende voorbereid op een dergelijke aanval. Op 31 maart 1814 werd Parijs veroverd. Napoleon werd op 6 april 1814 gedwongen afstand te doen van de troon, en werd verbannen naar Elba, een eiland in de Middellandse Zee vlakbij de kust van Italië. Lodewijk XVIII nam de macht in Frankrijk over. Deze ging echter tot nieuwe zuiveringen over (Witte Terreur).
De Honderd Dagen van Elba naar Waterloo
Tien maanden na de verbanning naar Elba ontsnapte Napoleon en ging hij terug naar Parijs. Hij reisde via de vernoemde 'route Napoleon' naar Grenoble, kreeg steun van legeronderdelen, en verder. Hij kreeg de steun van het volk omdat het niet tevreden was met Lodewijk XVIII. Deze gaf nog wel opdracht Napoleon te arresteren, maar alle agenten en legers die werden gestuurd liepen naar Napoleon over. Het volk was de Witte Terreur zat, en bij het leger was Napoleon nog altijd zeer populair. Zij namen het op voor Napoleon, en Lodewijk vluchtte. De geallieerden, die op dat moment juist in Wenen een congres (zie Congres van Wenen) hadden belegd om de nieuwe grenzen van Europa te bepalen, schrokken hiervan.
Napoleon verslagen bij Waterloo
Nadat Napoleon de macht weer had overgenomen verklaarde hij slechts Frankrijk vreedzaam te willen regeren. De geallieerden geloofden hier niets van, dus stelde hij een nieuw leger samen. Rusland, Oostenrijk, Pruisen en Engeland maakten zich klaar voor een nieuwe oorlog, Napoleon moest zich verdedigen om niet al te kwetsbaar over te komen.
Napoleon wilde in de Zuidelijke Nederlanden de Engelsen en de Pruisen verslaan, voordat ook de Oostenrijkers een leger konden sturen. De Fransen, de Engelsen en een klein contingent Nederlandse troepen troffen elkaar vlak bij Waterloo. Napoleon viel meerdere keren aan, maar de Engelsen, onder leiding van de hertog van Wellington, hielden stand en toen de Pruisen zich bij de Engelsen aansloten, verloor Napoleon op 18 juni 1815 de slag bij Waterloo.
Door zijn soldaten aan hun lot over te laten, kon Napoleon ontsnappen. Hij vluchtte naar de havenstad Rochefort (Charente-Maritime) en wilde daarvandaan naar de Verenigde Staten. De haven werd door de Engelsen geblokkeerd, en Napoleon zag geen andere uitweg dan zich over te geven. Op 22 juni 1815 moest Napoleon voor de tweede keer afstand doen van de troon en dit keer voorgoed.
Ballingschap op St. Helena
De Engelsen beloofden hem aanvankelijk asiel in hun eigen land, maar eenmaal met Napoleon in handen verbraken ze die belofte en verbanden ze de keizer naar het afgelegen eiland Sint-Helena in de Atlantische Oceaan nabij Zuid-Afrika, waar hij overigens met respect door zijn bewakers werd behandeld. Napoleon bracht zijn laatste jaren door met tuinieren en het schrijven van zijn herinneringen. Gedurende zijn zesjarige verblijf op Sint-Helena werd Napoleon onder anderen terzijde gestaan door graaf Charles-Tristan de Montholon, een voormalig brigadegeneraal, die later executeur testamentair van de keizer werd.
Op 5 mei 1821 stierf Napoleon Bonaparte op Sint-Helena, hij was toen 51 jaar oud. Oorspronkelijk werd aangenomen dat hij was overleden aan kanker, waarschijnlijk maagkanker. Er zou hierbij sprake zijn geweest van een erfelijke vorm van diffuse maagkanker, omdat ook zijn zus, zijn vader en zijn opa aan vaderszijde vermoedelijk aan deze kwaal zijn gestorven.[3] Uit later onderzoek is gebleken dat in zijn haar een hoge concentratie arsenicum aanwezig was, wat zou kunnen wijzen op moord. Recent onderzoek toonde echter aan dat die hoge concentraties arsenicum ook al in zijn haar aanwezig waren voordat hij werd verbannen. De ware doodsoorzaak kan dus alleen nog worden vastgesteld als er een autopsie op het lichaam mag worden uitgevoerd. Overigens werd arsenicum vaak voorgeschreven door artsen voor behandeling van maagklachten en psychische problemen. Napoleon had tijdens zijn succesvolle jaren al te lijden van maagklachten zodat hij dit middel waarschijnlijk van zijn eigen artsen al voorgeschreven kreeg.
Napoleons lichaam werd overgedragen aan Frankrijk en werd later in een praalgraf in de Dôme des Invalides te Parijs bijgezet. Dit is een van de bezienswaardigheden voor toeristen die de Franse hoofdstad aandoen.
Familieleven
Napoleon was stichter van de dynastie Napoleon. Zijn broers werden geacht het huis Bonaparte te zijn. Tijdens zijn leven is hij twee maal getrouwd geweest. In beide gevallen had het huwelijk een politieke of dynastieke achtergrond. Het huwelijk met Joséphine de Beauharnais was gelukkig maar hij moest scheiden om zijn wankele keizerrijk een wettige erfgenaam te kunnen nalaten. Het huwelijk met de Oostenrijkse keizersdochter was een politieke alliantie. De jonge vrouw verliet haar echtgenoot toen zij de kans kreeg en weigerde zich in de zomer van 1815 of op Sint-Helena bij hem te voegen.
Napoleon zag zich na de dood van zijn vader als gezinshoofd. Hij bevorderde de loopbanen van zijn broers en verhief hen op hoge posten. De familiezieke Napoleon zag hun onbekwaamheid en hun corruptie door de vingers zoals hij dat ook bij zijn medewerkers deed. Op Sint-Helena noemde hij zijn verwanten "domkoppen, dieven en hoeren".[4]
Vrouwen en kinderen
Napoleon had talloze liefdesaffaires met vrouwen en verwekte verschillende buitenechtelijke kinderen, naast zijn enige wettige zoon Napoleon II. De eerste belangrijke vrouw in zijn leven was Désirée Clary, de schoonzuster van Jozef Bonaparte en latere koningin van Zweden. Zij en Napoleon waren sinds 1794 samen en in 1795 en 1796 verloofd. Désirée huwde in 1798 Jean-Baptiste Bernadotte, de latere Karel XIV van Zweden.
Napoleon trad in 1796 in het huwelijk met Joséphine de Beauharnais (geboren als Marie-Josèph-Rose Tascher de la Pagerie), weduwe van Alexandre de Beauharnais en de maîtresse van de Franse machthebber Paul Barras (geruchten deden de ronde dat Barras eigenlijk homoseksueel was). Het huwelijk was stormachtig maar gelukkig. Napoleon nam de rol van vader over haar twee kinderen Eugène en Hortense en hun nichtje Stéphanie. Joséphine werd keizerin der Fransen, maar omdat zij de keizer geen kinderen schonk, liet deze zich op 5 december 1809 van haar scheiden.
Om zijn keizerschap te legitimeren dwong Napoleon in 1810 een huwelijk af met Marie Louise van Oostenrijk, dochter van keizer Frans II/I. Ook zij werd keizerin en schonk Napoleon in 1811 een zoon: Frans Karel Jozef (Napoleon II) , koning van Rome, later hertog van Reichstadt.
Gedurende zijn huwelijk met Joséphine verwekte Napoleon twee onwettige kinderen:
- Charles Léon (december 1806 - 15 april 1881) bij Éléonore Denuelle de la Plaigne, een hofdame van zijn eerste vrouw, Joséphine.
- Alexandre Colonna (4 mei 1810 – 27 oktober 1868) bij Maria Walewska, een Poolse gravin.
Beide zoons hadden nakomelingen.
Verdere kinderen waarvan wordt vermoed dat Napoleon de vader is:
- Émilie Louise Marie Franςoise Joséphine Pellapra (1806-1871) bij Françoise-Marie LeRoy
- Karl Eugin von Mühlfeld bij Victoria Kraus
- Hélène Napoleone Bonaparte (1816–1910) bij gravin Montholon
- Jules Barthélemy-Saint-Hilaire (19 augustus 1805 – 24 november 1895), moeder onbekend
- NN Collaert uit Linden (België), wiens achterkleinzoon nu een taverne uitbaat genoemd naar het bed waar de spruit verwekt zou zijn.
Napoleons commentaar op al deze veronderstelde liaisons was een door graaf de Las Cases opgetekend "Hoe zou ik bij dit alles ooit tijd hebben gehad Europa te veroveren". Goethe noemde Napoleon "Keusch wie Eisen".
Trivia
- De Italiaanse vlag is een ontwerp van Napoleon.
- Napoleon had maar één teelbal.
Zie ook
- Bonaparte, voor een stamboomoverzicht van de Napoleons.
- Napoleoncomplex, een naar Napoleon genoemde term uit de psychologie.
- Napoleontische Oorlogen, de coalities en oorlogen onder deze Napoleon.
- Route Napoléon
- Musée Napoléon
- Stelling van Napoleon
Zie Napoleontische tijd van A tot Z voor een overzicht van onderwerpen rond Napoleon en zijn tijd.
<span title="Voor deze uitspraak is een bronvermelding gewenst. Motivering:
- ↑ Napoleon, , 1946, Amsterdam
- ↑ Netwerk Naamkunde | De naammythe van Napoleon
- ↑ B. Solokoff, Predisposition to cancer in the Bonaparte family, Am J Surg. 1938; 40: 673-678
- ↑ Presser Blz. 500