De aankomst in Toledo zorgde in het verleden al voor indrukwekkende finales, en ook dit jaar werd deze traditie voortgezet. De vier vroege vluchters, de DuitserDominik Roels en de SpanjaardenJosep Jufré, Xavier Florencio en Manuel Ortega, konden geen weerstand bieden aan het jagende peloton, en op ruim tien kilometer van de streep werden ze gegrepen. De laatste kilometer liep pittig bergop, en dus was deze voer voor mannen als Carlos Barredo, Filippo Pozzato en Philippe Gilbert. Deze laatste ging al van erg ver aan, maar hij was zo sterk dat niemand hem nog bijhaalde. Tyler Farrar werd tweede, Pozzato derde op een seconde. Van de toppers in het algemeen klassement liet Ezequiel Mosquera zich een beetje verrassen, en verloor 12 seconden op leider Vincenzo Nibali die zesde eindigde in de etappe. Door zijn tweede zege in deze Vuelta klimt Gilbert terug naar de derde plaats in het puntenklassement, dat nog steeds aangevoerd werd door Mark Cavendish. David Moncoutié bleef leider in het bergklassement, al zag hij Serafín Martínez wel twee puntjes naderen. Joaquím Rodríguez bleef in het wit, en Katjoesja de beste ploeg.