zesentwintig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zesentwintig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zes·en·twin·tig

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van zes, en en twintig

Hoofdtelwoord

zesentwintig

1. het getal zes groter dan twintig, getal tussen vijfentwintig en zevenentwintig, in Arabische cijfers 26, in Romeinse cijfers XXVI

Afgeleide begrippen

• zesentwintigste, zesentwintighonderd, zesentwintighonderdste, zesentwintigduizend, zesentwintigduizendste, zesentwintigjarig, zesentwintigjarige

Vertalingen

    1. het getal 26   

Engels: twenty-six (en)

Inupiak: iñuiñaq itchaksraq (ik)

Zelfstandig naamwoord

zesentwintig v / m

1. het getal 26