Aruncus dioicus
  • gei·ten·baard
enkelvoud meervoud
naamwoord geitenbaard geitenbaarden
verkleinwoord geitenbaardje geitenbaardjes

de geitenbaardm

  1. (zoötomie) langere haren op de kin van een geit
  2. (plantkunde) Aruncus dioicus   een vaste plant uit de rozenfamilie (Rosaceae  )