frontaal
- fron·taal
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | frontaal | frontaler | frontaalst |
verbogen | frontale | frontalere | frontaalste |
partitief | frontaals | frontalers | - |
frontaal
- met betrekking tot de voorkant van iets
- Een spookrijder kwam om het leven bij een frontale botsing op de snelweg.
1. met betrekking tot de voorkant van iets
- Het woord frontaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "frontaal" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be