Naar inhoud springen

Japans hof

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Krisgrotius (overleg | bijdragen) op 26 jan 2010 om 19:59. (cat)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
De toegangspoort van het keizerlijk paleis in Tokio.
Een ambassadeur arriveert bij het keizerlijk paleis voor het aanbieden van zijn geloofsbrieven.
De zetel van het Bureau van het Keizerlijk Huis op het terrein van het keizerlijk paleis in Tokio.

Het Japanse hof is de hofhouding van de keizer van Japan en is formeel ondergebracht in het Bureau van het Keizerlijk Huis (Japans: 宮内庁, kunai-chō) . Dit Bureau valt onder het Kabinet van de Japanse minister-president en is verantwoordelijk voor de staatszaken met betrekking tot het Japanse keizershuis.

Vóór 1947 heette dit bureau het Keizerlijke Hofministerie (宮内省, kunai-shō) en tot 1949 Kunai-fu (宮内府). Sinds 2001 wordt het Bureau geleid door de Groothofmeester, die geassisteerd wordt door een Vice-Groothofmeester. De huidige Groothofmeester is Shingo Haketa. Het Bureau telt 1080 medewerker, die vaak tijdelijk door andere ministeries gedetacheerd worden.

Het Bureau van het Keizerlijk Huis omvat het bureau van de Groothofmeester, de leiding van de kamerheren, de leiding van de Afdeling voor Ceremoniën, Archieven en Mausolea, de Afdeling voor Instandhouding en Werken, de Huishouding van de Kroonprins en het Bureau Kyoto.

De zetel van het Bureau bevindt zich op het terrein van het keizerlijk paleis in Tokio. Naast de organisatie van staatsbezoeken en andere optredens, het behoud van de traditionele cultuur en bestuurlijke taken, is het Bureau ook verantwoordelijk voor de over heel Japan verspreide keizerlijke residenties.

Bezoekers die het keizerlijke paleis in Kyoto, de keizerlijke villa Katsura of andere plekken willen bezichtigen, moeten eerst bij het Bureau van het Keizerlijk Huis een rondleiding aanvragen.

Het Japanse hof kreeg vaak kritiek omdat zij de leden van de keizerlijke familie van de buitenwereld zou isoleren en verouderde gebruiken in stand wilde houden, in plaats van de monarchie meer toegankelijker te maken. Deze kritiek is afgenomen nadat keizer Akihito de Japanse monarchie minder elitair presenteerde.