Ernst Julius Cohen
E.J. Cohen | ||||
---|---|---|---|---|
Cohen, ca. 1902
| ||||
Persoonlijke gegevens | ||||
Volledige naam | Ernest Julius Cohen | |||
Geboortedatum | 7 maart 1869 | |||
Geboorteplaats | Amsterdam | |||
Overlijdensdatum | 6 maart 1944 | |||
Overlijdensplaats | Auschwitz | |||
Academische achtergrond | ||||
Alma mater | Universiteit van Amsterdam | |||
Promotor | Jacobus van 't Hoff | |||
Wetenschappelijk werk | ||||
Vakgebied | scheikunde | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Ernst Cohen (Amsterdam, 7 maart 1869 - Auschwitz, 6 maart 1944)[1] was een Nederlands scheikundige, eerste voorzitter van de Nederlandse Chemische Vereniging en rector van de Universiteit Utrecht. Hij werd een dag voor zijn 75e verjaardag in Auschwitz vermoord.
Leven en werk
[bewerken | brontekst bewerken]Ernst Julius Cohen volgde de HBS, leerde Grieks en Latijn en studeerde scheikunde vanaf 1888. Cohen behaalde zijn doctoraat in 1893 aan de Universiteit van Amsterdam bij de Nobelprijswinnaar Jacobus van 't Hoff, op het proefschrift Het bepalen van overgangspunten langs electrischen weg en de electromotorische kracht bij scheikundige omzetting. Tot 1896 was hij privaatdocent, waarna hij assistent van Van 't Hoff werd. Hij werd in 1902 benoemd tot gewoon hoogleraar in Utrecht en werkte vooral aan de allotropie, de verschillende kristalstructuren en daaraan gerelateerde stofeigenschappen van een gegeven metaalsoort. Samen met Cornelis van Eyk ontdekte hij dat tinpest het gevolg was van de verandering van de kristalstructuur van het chemisch element en metaal tin, als de omgevingstemperatuur onder de 13,2 °C daalt.[2] Naast een aantal boeken schreef hij meer dan 400 artikelen. Cohen onderzocht verschillende stoffen en maakte een onderscheid tussen enantiotropie en monotropie. Andere onderzoeksgebieden waarmee hij zich bezighield waren de elektrochemie van galvanische cellen, en de piëzochemie.
Cohen was de eerste voorzitter van de Nederlandse Chemische Vereniging (1903) en voorzitter van de International Union of Pure and Applied Chemistry (IUPAC), opgericht in 1919. Zijn wetenschappelijke verdiensten vonden erkenning in het hem aangeboden lidmaatschap van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) in 1913, en in eredoctoraten van de Universiteit van Cambridge (1923), het Karlsruher Institut für Technologie en de Universiteit van Pennsylvania (1926). In de tweede helft van de jaren 20 beijverde Cohen zich als voorzitter van de Chemische Unie (IUPAC) sterk voor de toetreding van de Duitsers tot het genootschap, wat uiteindelijk in 1930 lukte.[3]
Hij had een interesse voor de wetenschapsgeschiedenis van de scheikunde en publiceerde in 1907 een boek over de geschiedenis van lachgas. Ook schreef hij een biografie over Van 't Hoff. In 1939 ging hij met emeritaat.
Eind februari 1944 werd Cohen gedeporteerd naar Kamp Westerbork, in maart 1944 werd hij door vergassing om het leven gebracht in het vernietigingskamp Auschwitz.[4] Volgens Hugo Kruyt was het "treffend" dat iemand die in Duitsland hoog geëerd was om wat hij voor dat land betekend had, door de nazi’s werd vermoord.[5]
Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]- Ernst Julius Cohen op het Joods Monument
- H.A.M. Snelders, 'Cohen, Ernest Julius (1869-1944)', in Biografisch Woordenboek van Nederland.
- Chemistry Tree: Ernst J. Cohen Details en Family Tree
- Berkel, Klaas van, e.a. (1999) A History of Science in The Netherlands. Survey, Themes and Reference. Leiden/Boston/Köln: Brill
- Ernst Cohen: Na driekwart eeuw. Levensherinneringen. Red. Frits Broeyer & Leen Dorsman. Utrecht, Matrijs, 2013. ISBN 978-90-5345-468-8
- ↑ Het Utrechts Archief geeft een verkeerde sterfdatum en sterfplaats vanwege een persoonsverwisseling. Zie het boek: Na driekwart eeuw. Dr. Ernst Cohen (2013), p.414: "In zijn aan hem gewijde herdenkingsartikel in het Chemisch Weekblad van 22 december 1945 liet Kruyt er geen twijfel over bestaan dat professor Cohen in maart 1944 in Auschwitz om het leven kwam.(oorspr. noot 310) Het is daarom eigenlijk heel verwonderlijk dat er in biografische artikelen over Cohen een andere versie met een overlijden op 16 mei 1945 in kamp Bergen Belsen ingang vond.(noot 311) Maar achteraf valt dit goed te verklaren. Op 29 november 1945 berichtte het Militair Gezag namelijk aan zijn familie, dat E.J. Cohen in Bergen-Belsen was gestorven.(noot 312) Men had hem verward met een overigens veel jongere Ernst Julius Cohen, die inderdaad in 1945 in Bergen-Belsen omkwam, bleek later. Gevraagd om toetsing deelde de afdeling Oorlogsnazorg van het Nederlandse Rode Kruis op 4 januari 2010 mee, dat er een persoonsverwisseling had plaats gehad.(noot 313) De nieuwe informatie luidde als volgt: "Na zijn arrestatie op 28 februari 1944 is Cohen de volgende dag in kamp Westerbork geregistreerd als gevangene in barak 70. Een paar dagen later, op 3 maart 1944, werd hij gedeporteerd naar Auschwitz. De trein kwam in de nacht van 5 op 6 maart 1944 te Auschwitz aan." Cohen is daar direct na de eerste selectie vergast.
- ↑ dbnl.org - de geschiedenis van de scheikunde in Nederland. Gearchiveerd op 30 juni 2023.
- ↑ H.R. Kruyt, Levensbericht E.J Cohen, in: Jaarboek KNAW, 1949-1950, p. 271-272.
- ↑ https://resources.huygens.knaw.nl/bwn1880-2000/lemmata/bwn1/cohen. Gearchiveerd op 4 april 2023.
- ↑ H.R. Kruyt, Levensbericht E.J Cohen, in: Jaarboek KNAW, 1949-1950, p. 273-274.