Naar inhoud springen

Ettore Bastico

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ettore Bastico
Generaal Ettore Bastico
Generaal Ettore Bastico
Bijnaam Bombastico
Geboren 9 april 1876
Bologna, Emilia-Romagna, Koninkrijk Italië
Overleden 2 december 1972
Rome, Lazio, Italië
Land/zijde Koninkrijk Italië
Nationalistische factie
Italiaanse Sociale Republiek
Italië
Onderdeel Koninklijk Italiaans Leger
Dienstjaren 18941943
Rang Maarschalk van Italië
(Maresciallo d’Italia)
Eenheid 3. Bersaglieri-Regiment
Bevel Divisione CC.NN. "23 Marzo"
(23 april 1935 –
20 november 1935)
3e Korps
2e Korps
Corpo Truppe Volontarie
2e Leger
Armata del Po
Asmogendheden Noord-Afrika (12 juli 1941)[1]
Slagen/oorlogen Eerste Wereldoorlog

Tweede Italiaans-Ethiopische Oorlog


Spaanse Burgeroorlog

  • Slag om Santander

Tweede Wereldoorlog

Onderscheidingen zie onderscheidingen
Ander werk Gouverneur van de Dodekanesos eilanden (december 1940-
juli 1941)[1][2]
Gouverneur-generaal van Libië
(juli 1941-februari 1943)[1][2]

Ettore Bastico (Bologna, 9 april 1876 - Rome, 2 december 1972) was een Italiaanse officier en maarschalk van Italië tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij was ook verantwoordelijk voor de concentratiekampen in Jadu, Libië tijdens de holocaust.

Bastico begon zijn militaire carrière als tweede luitenant (Sottotenente) bij het 3. Bersaglieri-Regiment. Tijdens de Eerste Wereldoorlog diende hij als stafofficier in diverse divisiestaven. En in 1928 werd hij tot brigadegeneraal (Generale di brigata) bevorderd. In 1932, kreeg hij zijn eerste divisiecommando. Kort daarna gaf Mussolini hem de opdracht om de eerste fascistische "Zwarthemdendivisie" (Divisione CC.NN. "23 Marzo") op te richten. Hiermee nam hij deel in 1935-1936 aan de Tweede Italiaans-Ethiopische Oorlog. In Oost-Afrika was hij de commandant van een legerkorps.

Tijdens de Spaanse Burgeroorlog leidde hij vanaf 1937 het Italiaanse vrijwilligerskorps (Corpo Truppe Volontarie), als opvolger van Mario Roatta.

In 1940 op 65-jarige leeftijd werd hij tot gouverneur van de Dodekanesos eilanden benoemd en later tot gouverneur-generaal van Libië en opperbevelhebber van alle troepen in Noord-Afrika benoemd. Formeel stond hij in bevel boven Rommel en het Afrikakorps. Met Rommel had hij heftige ruzies, die hem de bijnaam „Bombastico“ opleverden. Na Rommels bevordering tot Generalfeldmarschall, bevorderde Mussolini Bastico tot Maarschalk van Italië op 12 augustus 1942. Na het verliezen van de Tweede Slag bij El Alamein en het verlies van manschappen in Libië, werd Bastico eind 1942 van zijn commando ontheven. Hij kreeg tot het einde van oorlog geen nieuw commando meer.

Ettore Bastico in Noord-Afrika.
Inspectie van de jonge fascisten.

Na de oorlog hield Bastico zich bezig als militair historicus en schrijver, maar werd grotendeels genegeerd. Ettore Bastico stierf op 96-jarige leeftijd in Rome. Bastico was getrouwd met Maria Galeotti, het echtpaar had een geadopteerde dochter, Rosa Maria Mousset[2].

Militaire carrière

[bewerken | brontekst bewerken]

Onderscheidingen

[bewerken | brontekst bewerken]
  • L'evoluzione dell'arte della guerra (1930) (3 delen)
  • Il ferreo Terzo Corpo in Africa Orientale (1937)
  • Patzwall, Klaus D. en Scherzer, Veit (2001). Das Deutsche Kreuz 1941-1945 Geschichte und Inhaber Band II (in het Duits). Norderstedt, Duitsland. Verlag Klaus D. Patzwall (in het Duits) ISBN 3-931533-45-X .