Overdekking (topologie): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 7: | Regel 7: | ||
Overdekkingen worden veelal gebruikt in de context van de [[topologie]]. Als de verzameling <math>X</math> een [[topologische ruimte]] is, dan is een overdekking <math>C</math> van <math>X</math> een rij van deelverzamelingen <math>U_i</math> van <math>X,</math> waarvan de vereniging de gehele [[ruimte (wiskunde)|ruimte]] <math>X</math> is. In dat geval zeggen we: <math>C</math> overdekt <math>X,</math> of ook de gezamenlijke <math>U_i</math> overdekken <math>X</math>. Als <math>Y</math> een deelverzameling van <math>X</math> is, dan is een overdekking van <math>Y</math> een deelrij <math>D</math> van <math>C</math>, waarvan de vereniging <math>Y</math> bevat, dat wil dus zeggen dat <math>C</math> een overdekking is van <math>Y</math> als |
Overdekkingen worden veelal gebruikt in de context van de [[topologie]]. Als de verzameling <math>X</math> een [[topologische ruimte]] is, dan is een overdekking <math>C</math> van <math>X</math> een rij van deelverzamelingen <math>U_i</math> van <math>X,</math> waarvan de vereniging de gehele [[ruimte (wiskunde)|ruimte]] <math>X</math> is. In dat geval zeggen we: <math>C</math> overdekt <math>X,</math> of ook de gezamenlijke <math>U_i</math> overdekken <math>X</math>. Als <math>Y</math> een deelverzameling van <math>X</math> is, dan is een overdekking van <math>Y</math> een deelrij <math>D</math> van <math>C</math>, waarvan de vereniging <math>Y</math> bevat, dat wil dus zeggen dat <math>C</math> een overdekking is van <math>Y</math> als |
||
: <math>Y \subseteq \bigcup_{iD \in A_D} U_{iD} \quad</math>, waarin alle <math>U_{iD} \in D</math> en <math>A_D</math> de indexverzameling is voor de rij verzamelingen <math>U_{iD}</math> in <math>D</math>. |
: <math>Y \subseteq \bigcup_{iD \in A_D} U_{iD} \quad</math>, waarin alle <math>U_{iD} \in D</math> en <math>A_D</math> de indexverzameling is voor de rij verzamelingen <math>U_{iD}</math> in <math>D</math>. |
||
<math>D</math> heet een deeloverdekking van <math>C</math> en <math>A_D \subseteq A_C</math>. |
|||
Laat <math>C</math> een overdekking van een topologische ruimte <math>X</math> zijn. Een deeloverdekking van <math>C</math> is dan een deelverzameling van <math>C</math> die <math>X</math> nog steeds overdekt. |
Laat <math>C</math> een overdekking van een topologische ruimte <math>X</math> zijn. Een deeloverdekking van <math>C</math> is dan een deelverzameling van <math>C</math> die <math>X</math> nog steeds overdekt. |
Versie van 29 jul 2023 23:13
In de wiskunde is een overdekking van een verzameling een rij van verzamelingen zodat een deelverzameling van de vereniging van de verzamelingen is. In symbolen: als een rij van verzamelingen is, dan is een overdekking van als
- , waarin alle en de indexverzameling is voor de rij verzamelingen in .
Noteer in overeenstemming met rijen . is met geïndexeerd.
Overdekking in de topologie
Overdekkingen worden veelal gebruikt in de context van de topologie. Als de verzameling een topologische ruimte is, dan is een overdekking van een rij van deelverzamelingen van waarvan de vereniging de gehele ruimte is. In dat geval zeggen we: overdekt of ook de gezamenlijke overdekken . Als een deelverzameling van is, dan is een overdekking van een deelrij van , waarvan de vereniging bevat, dat wil dus zeggen dat een overdekking is van als
- , waarin alle en de indexverzameling is voor de rij verzamelingen in .
heet een deeloverdekking van en .
Laat een overdekking van een topologische ruimte zijn. Een deeloverdekking van is dan een deelverzameling van die nog steeds overdekt.
We zeggen dat een open overdekking is als alle elementen een open verzameling zijn, dat wel zeggen dat iedere in de topologie op ligt.
Van een overdekking op wordt gezegd dat deze lokaal eindig is, als ieder punt van een omgeving heeft, die alleen een eindig aantal verzamelingen in de overdekking doorsnijdt. In symbolen, is lokaal eindig als voor iedere er een omgeving op bestaat, zodat de verzameling
eindig is.
Van een overdekking op wordt gezegd dat deze punt-eindig is als alle punten van in een eindig aantal verzamelingen in de overdekking liggen.
Een exacte overdekking van een verzameling is een overdekking van zodat ieder element van element is van precies een van de verzamelingen .
Verfijning
Een verfijning van een overdekking van is een nieuwe overdekking zodanig dat er voor iedere een is, zodat .
Iedere deeloverdekking is ook een verfijning, maar niet iedere verfijning is een deeloverdekking.
Een deel-overdekking wordt opgebouwd uit verzamelingen die deel uitmaken van de overdekking, maar het zijn er minder, terwijl een verfijning wordt opgebouwd uit enige verzamelingen die deelverzamelingen van de verzamelingen in de overdekking zijn.
De verfijningsrelatie is een quasi-orde op de verzameling van dekkingen op .
Compactheid
De taal van de overdekkingen wordt vaak gebruikt om verschillende topologische eigenschappen te relateren aan het begrip compactheid. Van een topologische ruimte wordt gezegd dat deze
- compact is, als elke open overdekking een eindige deel-overdekking heeft. Dit komt overeen met de eis dat elke open overdekking een eindige verfijning heeft.
- Lindelöf is, als elke open overdekking een telbare deel-overdekking heeft. Dit komt overeen met de eis dat elke open overdekking een aftelbare verfijning heeft.
- metacompact is, als elke open overdekking een punt-eindige open verfijning heeft.
- paracompact is, als iedere open overdekking een lokaal eindige, open verfijning toestaat.
Literatuur
- TW Gamelin en RE Greene. Introduction to Topology, Introductie tot de topologie, 1999. ISBN 0-486-40680-6
- JL Kelley. General Topology, 1955.