Naar inhoud springen

Belgische wetgevende verkiezingen 1884

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wetgevende verkiezingen 1884
Datum 10 juni 1884 & 8 juli 1884
Land Vlag van België België
Te verdelen zetels 69 van de 138 (Kamer)
69 (Senaat)
Resultaat
Nieuwe regering Malou II (katholiek)
Vorige regering Frère-Orban II (liberaal)
Opvolging verkiezingen
1882     1886
Portaal  Portaalicoon   Politiek
België

Wetgevende verkiezingen vonden plaats in België in juni en juli 1884, voor respectievelijk gedeeltelijke Kamerverkiezingen en gehele Senaatsverkiezingen. Deze verkiezingen vormden een keerpunt: het sloot een lange periode van liberale hegemonie af en luidde het begin in van katholieke dominantie.

Jules Malou, katholieke leider

De verkiezingen vonden plaats tijdens de eerste schoolstrijd. De zittende liberale regering-Frère-Orban II wilde het onderwijs seculariseren, wat op hevig katholiek verzet stootte.

De (vaste tweejaarlijkse) tussentijdse verkiezingen voor de Kamer van volksvertegenwoordigers werden gehouden op dinsdag 10 juni 1884, met een tweede ronde op dinsdag 17 juni. Onder het alternerende systeem vonden de Kamerverkiezingen enkel plaats in vijf van de tien provincies: Antwerpen, Brabant, Luxemburg, Namen en West-Vlaanderen. Dit waren samen 69 van de 138 Kamerzetels.

De verwachting was dat de liberale meerderheid zou achteruitgaan, zeker na de provinciale verkiezingen van 25 mei 1884. Het resultaat was een nog groter dan verwachte overwinning voor de Katholieke Partij. Vooral Brussel, voorheen veilig liberaal, was doorslaggevend. De regering-Frère-Orban II nam ontslag en werd opgevolgd door de katholieke regering-Malou II, die onmiddellijk het Ministerie van Onderwijs afschafte.

De liberalen hadden echter nog steeds een meerderheid in de Senaat, waarvoor er dit jaar geen verkiezingen voorzien waren. Hij werd daarop ontbonden, wat zijn volledige vernieuwing uitlokte. De Senaatsverkiezingen werden daarop op dinsdag 8 juli 1884 gehouden, met een tweede ronde op dinsdag 15 juli. De katholieken wonnen 43 van de 69 zetels.

De verkiezing betekende het einde van de eerste schoolstrijd en het einde van de laatste homogeen liberale regering. De katholieken onder Jules Malou behaalden een absolute meerderheid, die ze zouden behouden tot aan de Eerste Wereldoorlog.

Kamer van volksvertegenwoordigers

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Kamer van volksvertegenwoordigers (samenstelling 1882-1886) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Partij Voor Na +/-
Katholieken 40 (59) 67 (86) +27
Liberalen 29 (79) 2 (52) -27
Totaal 69 (138)

Van de 69 Kamerzetels die ter verkiezing stonden bij de tussentijdse verkiezingen op 10 juni 1884:

Op 16 juni 1884 werd de katholieke regering-Malou II samengesteld.

Op 8 juli 1884 werden, samen met de senaatsverkiezingen, enkele buitengewone verkiezingen voor volksvertegenwoordigers gehouden:

Bijgevolg wonnen de katholieken 27 Kamerzetels: zestien in Brussel, vier in Nijvel, twee in Namen, één in Philippeville, één in Antwerpen, één in Oostende, één in Neufchâteau en één in Brugge.

De Senaat werd volledig herverkozen op 8 juli 1884 ten gevolge van zijn ontbinding.

Zie Samenstelling Belgische Senaat 1884-1888 voor de verkozenen.