Naar inhoud springen

Laura de Witte

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Laura de Witte
Tijdens EK Landen 2021 in Cluj-Napoca
Tijdens EK Landen 2021 in Cluj-Napoca
Volledige naam Laura de Witte
Geboortedatum 7 augustus 1995
Geboorteplaats Leek
Nationaliteit Vlag van Nederland Nederland
Sportieve informatie
Discipline sprint
Trainer/coach Sven Ootjers (2008-2020),
Laurent Meuwly & Bram Peters (2020-2023),
Sven Ootjers (2023-heden)
Eerste titel Europees kampioene 4 × 400 m 2022
OS 2016, 2020
Extra Nederlands recordhoudster 4 × 400 m 2016-2022
Medailleoverzicht
Evenement Goud Zilver Brons
EK Baan 1 0 0
NK Baan 0 1 2
NK Indoor 0 2 1
Totaal (7 medailles) 1 3 3
Medailles
Europese kampioenschappen
Goud München 2022 4 x 400 m
Europese kampioenschappen U23
Brons Bydgoszcz 2017 400 m
Portaal  Portaalicoon   Atletiek
Laura en haar zus Lisanne de Witte tijdens de Olympische Spelen in Rio de Janeiro in 2016.
Laura de Witte (midden) in actie tijdens de EK van 2018.

Laura de Witte (Leek, 7 augustus 1995) is een Nederlandse atlete, die gespecialiseerd is in de sprint. Ze had van 2016 tot 2022 mede het Nederlands record in handen op de 4 × 400 m estafette. Ze nam tweemaal deel aan de Olympische Spelen, waar zij in 2021 in Tokio als lid van de 4 × 400 m estafetteploeg haar beste resultaat behaalde met een zesde plaats.[1]

Successen bij de junioren

[bewerken | brontekst bewerken]

De Witte doet aan atletiek sinds haar achtste. Dit leidde ertoe dat zij al in 2010, op haar veertiende(!), haar eerste medaille veroverde bij de Nederlandse jeugdkampioenschappen: bij de B-meisjes won ze brons op de 200 m. Het was de eerste van in totaal acht medailles die ze in haar jaren als junior op de NK’s in- en outdoor voor de jeugd zou veroveren, voornamelijk op de 200 m. Daaronder bevonden zich twee gouden: in 2013 werd zij kampioene op de 200 m bij de B-meisjes, in 2014 indoorkampioene op de 400 m bij de A-meisjes.

Eerste medailles bij de senioren

[bewerken | brontekst bewerken]

Eenmaal opgenomen in de gelederen van de senioren zette De Witte haar jacht op NK-eremetaal op voortvarende wijze voort, al richtte zij zich hierbij vanaf nu vooral op de 400 m. Dit leidde in haar eerste seniorenjaar al gelijk tot een zilveren plak op de NK indoor en een bronzen op de NK outdoor, waar zij na afloop samen met haar drie jaar oudere zuster Lisanne, die zilver had veroverd, op het ereplatform stond.

Estafetterecords op EK en OS

[bewerken | brontekst bewerken]

De Witte, die tot dan nog nauwelijks internationale ervaring had opgedaan, kreeg alle kans in 2016. Allereerst op de Europese kampioenschappen in Amsterdam, waar zij deelnam aan de 200 m en de 4 × 400 m estafette. Op het individuele onderdeel werd ze in de halve finale uitgeschakeld, nadat zij eerder haar serie had gewonnen in de persoonlijke recordtijd van 23,23 s. Op de estafette verbeterde ze met haar teamgenotes Nicky van Leuveren, zus Lisanne en Eva Hovenkamp in de kwalificatieronde het Nederlandse record tot 3.29,18. Ruim drie seconden sneller dan het vorige record, dat uit 1998 stamde. In de finale behaalde de Nederlandse ploeg een zevende plaats met een tijd van 3.29,23. Hiermee kwalificeerde het team zich voor de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. In de Braziliaanse stad werden Madiea Ghafoor, Lisanne de Witte, Nicky van Leuveren en Laura de Witte weliswaar in de serie uitgeschakeld, maar hun eindtijd van 3.26,98 betekende alweer een ruime verbetering van het eerder in Amsterdam gevestigde nationale record. Met deze prestaties had Laura de Witte definitief een plaats veroverd binnen de top van de Nederlandse atletiekwereld.

Brons op EK U23

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2017 ging De Witte van start met een vierde plaats op de 400 m tijdens de NK indoor in Apeldoorn. Het buitenseizoen begon zij daarna uitstekend door op de FBK Games in Hengelo op de 400 m vijfde te worden in 52,28, een ruime verbetering van haar PR van 52,70 uit 2016. Haar beste prestatie dat jaar leverde zij vervolgens bij de Europese kampioenschappen U23 in Bydgoszcz, waar zij in de finale brons veroverde in 52,51, nadat zij eerder in haar serie haar PR verder had aangescherpt tot 52,15, een Nederlands U23 record. Het leverde haar een plek op in de 4 × 400 m estafetteploeg voor de wereldkampioenschappen in Londen. Die wedstrijd eindigde echter in een deceptie, omdat de ploeg, met beide zusjes De Witte in de gelederen, na haar serie werd gediskwalificeerd na een onreglementaire wissel tussen startloopster Madiea Ghafoor en Lisanne de Witte.

Ook in 2018 begon het wedstrijdseizoen voor De Witte traditioneel met de NK indoor. De bronzen plak op de 400 m die haar dit opleverde was sinds haar begin als junior nu al de zevende NK-medaille die ze in acht jaar tijd op de Apeldoornse indoorbaan veroverde. Bovendien waren haar 400 metertijden de laatste drie NK-indooredities vrijwel aan elkaar gelijk (53,65, 53,76 en 53,63). Een toonbeeld van regelmaat. Het duurde vervolgens outdoor wel wat langer, voordat zij de 53-secondengrens doorbrak. Dat gebeurde deze keer op de NK in Utrecht in juni, waar zij op de 400 m derde werd in 52,90 achter winnares Madiea Ghafoor (51,84) en zus Lisanne (52,22); het was het beste 400-meterpodium ooit op een NK. Een week later benaderde zij bij een wedstrijd in het Zwitserse La Chaux-de-Fonds haar PR uit 2017 tot op een honderdste seconde door in haar serie tweede te worden in 52,16. Met deze prestatie kwalificeerde zij zich voor de Europese kampioenschappen in Berlijn. Om het succes van de familie De Witte compleet te maken verbeterde Lisanne bij deze wedstrijd in een andere serie het Nederlandse record, door als eerste de grens van 51 seconden te doorbreken en dit record op 50,96 te stellen. Op de EK in Berlijn werd Laura de Witte, een dag na haar 23e verjaardag, vierde in haar serie op de 400 m in 52,57, een goede tijd, maar net onvoldoende om als een van de tijdsnelsten door te gaan naar de halve finale.

Moeizaam jaar

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2019 kwam De Witte maar moeizaam op gang. Het liep niet zoals anders en toen ze op de NK indoor met een vierde plaats in 55,56 duidelijk achterbleef op haar prestaties in voorafgaande jaren, liet zij zich onderzoeken. Daar kwam uit, dat zij ergens rond de jaarwisseling een bacteriële infectie had opgelopen, die veel invloed had gehad op haar trainingen. Het duurde tot mei, voordat de gevolgen van de infectie waren bestreden. In mei was zij voldoende hersteld om deel uit te kunnen maken van de estafetteploeg die deelnam aan de World Athletics Relays in het Japanse Yokohama. Daar kwam zij uit in de series van de 4 x 400 m, waarin het Nederlandse team als vijfde eindigde. Dit was goed genoeg om uit te kunnen komen in de B-finale, die vervolgens door Nederland – nu met Lisanne in de ploeg die de plaats van haar zus had ingenomen – werd gewonnen. Het hele buitenseizoen kwam Laura de Witte echter niet in de buurt van haar prestaties in voorgaande jaren. Haar beste resultaat dat jaar was 53,77 bij een wedstrijd in Napels, begin juli. Hiermee ‘redde’ zij haar uitzending naar de WK in Doha, maar daar kwam zij niet in actie.

Corona verstoort wedstrijdplanning

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2020 stonden zowel de EK in Parijs als de Olympische Spelen in Tokio op het programma. De Witte sloeg derhalve het indoorseizoen over om zich optimaal op deze belangrijke toernooien te kunnen voorbereiden. Kort na de NK indoor brak echter de coronapandemie uit en ging er wereldwijd een dikke streep door het geplande wedstrijdprogramma. Wat restte waren aan het eind van het outdoorseizoen enkele aangepaste wedstrijden zonder publiek, waaronder de NK in Utrecht op 29 en 30 augustus. Het was het enige toernooi waaraan De Witte deelnam. Nadat zij in de series met 53,53 de snelste tijd had neergezet, kon zij in de finale een dergelijke prestatie niet herhalen en bleef zij met 54,95 als vierde net buiten het erepodium. Het was de enige wedstrijd van importantie waaraan zij dat jaar deelnam.

Club en studie

[bewerken | brontekst bewerken]

De Witte is aangesloten bij AV Trias in Heiloo en trainde daar van 2008 tot 2020 in de trainingsgroep Topsport Trias, die onder leiding van Sven Ootjers staat. Vanaf 2020 traint ze op Sportcentrum Papendal onder Laurent Meuwly.[2] Ze is afgestudeerd aan de HVA Voeding en Diëtetiek.

Internationale kampioenschappen

[bewerken | brontekst bewerken]
Onderdeel Titel Jaar
4 x 400 m Europees kampioene 2022

Persoonlijke records

[bewerken | brontekst bewerken]
Outdoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
100 m 11,88 s (+0,1 m/s) 4 juni 2016 Oordegem
200 m 23,23 s (+0,9 m/s) 6 juli 2016 Amsterdam
300 m 36,88 s 7 mei 2016 Lisse
400 m 52,15 s (NR U23) 14 juli 2017 Bydgoszcz
Indoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
200 m 24,13 s 6 februari 2016 Apeldoorn
300 m 39,01 s 25 januari 2020 Boston
400 m 53,63 s 18 februari 2018 Apeldoorn

Prestatieontwikkeling

[bewerken | brontekst bewerken]
Jaar 100 m 200 m 400 m
2011 12,47 24,86 60,13(i)
2012 12,28 24,42 59,03
2013 12,27 24,18 56,29(i)
2014 - 24,72(i) 55,85
2015 12,19 23,89 53,41
2016 11,88 23,23 52,70
2017 11,78 23,45 52,15
2018 - - 52,16
2019 12,12 24,43 53,77
2020 - 24,72 53,53
2021 12,44 24,04 52,89
2022 12,26 24,47 53,31
2023 - - 54,09
  • 2011: ½ fin. EYOF - 25,10 s (in serie 24,86 s)
  • 2013: 5e in serie EK U20 - 24,41 s
  • 2016: ½ fin. EK - 23,38 s (in serie 23,23 s)
  • 2015: Zilver NK indoor - 54,14 s
  • 2015: Brons NK - 53,82 s
  • 2016: Zilver NK indoor - 53,65 s
  • 2016: Zilver NK - 53,47 s
  • 2017: 4e NK indoor - 53,76 s
  • 2017: 5e FBK Games - 52,28 s
  • 2017: Brons EK U23 in Bydgoszcz - 52,51 s (in serie 52,15 s)
  • 2018: Brons NK indoor - 53,63 s
  • 2018: 8e FBK Games - 53,54 s
  • 2018: Brons NK - 52,90 s
  • 2018: 2e in serie wedstrijd in La Chaux-de-Fonds - 52,16 s[3]
  • 2018: 4e in serie EK - 52,57 s
  • 2019: 4e NK indoor - 55,56 s
  • 2019: 7e NK - 54,91 s (in ½ fin. 54,65 s)
  • 2020: 4e NK - 54,95 s (in serie 53,53 s)
  • 2021: Zilver NK - 53,38 s
  • 2022: 4e NK - 54,40 s
  • 2023: 8e NK - 54,67 s (in ½ fin. 54,23 s)
Diamond League-resultaten
  • 2016: 7e EK - 3.29,23 (kwal: 3.29,18 = NR)
  • 2016: 6e in serie OS - 3.26,98 (NR)
  • 2017: DQ in kwal. WK
  • 2019: Goud B-fin. World Athletics Relays in Yokohama – 3.29,03[4]
  • 2021: 6e OS - 3.23,74 (NR)
  • 2022: Goud EK - 3.20,87 (NR)[5]

4 × 400 m gemengd

[bewerken | brontekst bewerken]

Onderscheidingen

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Laura de Witte van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.