golfbad

Nederlands

golfbad

Uitspraak

• Geluid:  golfbad    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈxɔl^əvˌbɑt / (2 of 3 lettergrepen)

Woordafbreking

• golf·bad

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  golf zn  en  bad zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	golfbad	golfbaden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het golfbad o

1. een zwembad waarin kunstmatig golven worden opgewekt

   • In het 25-meterbad wordt vrolijke muziek gedraaid, maar erg druk is het er nog niet. De zwemmers hebben de mogelijkheid om een kijkje te nemen in het lege golfbad en krijgen er een kopje koffie bij. Zwembadmanager Luc Oostindië geeft de laatste ontwikkelingen door. De RRS heeft zaterdagmiddag beelden gemaakt in een aantal leidingen. ,,Die gaan we maandag bestuderen", zegt Oostindië.  
   • Dan wrijft Volker Mendel zich in z'n handen. En weet hij dat er weer rijen voor het zwembad aan de Wehrmaate staan. "Vooral dankzij de Nederlanders ", weet de 'Bereichsleiter Bäder' van de BNN (Bäderbetriebe Nordhorn Niedergrafschaft), waar naast het golfbad in Nordhorn ook de zwembaden in Uelsen, Wielen, Halle en Emlichheim onder vallen.  
   • Oss is een moderne, ruime en groene gemeente. Naast veel natuur zoals De Maashorst, heeft Oss het landelijk bekende Museum Jan Cunen en theater De Lievekamp, een goede bibliotheek, het Golfbad, cultuurpodium Groene Engel en diverse andere voorzieningen voor onderwijs, sport en cultuur.  

Synoniemen

• golfslagbad

Vertalingen

    1.   

Engels: wavepool (en)

Gangbaarheid

• Het woord golfbad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "golfbad" herkend door:

94 %	van de Nederlanders;
90 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.