huurgeld
Uiterlijk
- huur·geld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huurgeld | huurgelden |
verkleinwoord |
het huurgeld o
- de hoeveelheid geld die de huurder voor het gebruik van een zaak moet betalen aan de verhuurder
- SP.A vraagt dat de bevoegde ministers bijsturen en ervoor zorgen dat de getroffen klanten hun te veel betaalde huur teruggestort krijgen. Ook CD&V-Kamerlid Veli Yüksel blijft erbij dat dat Proximus het onterecht betaalde huurgeld moet terugbetalen.[2]
- Er werden 14.600 Belgische adressen via de website aangeboden. Voor een gemiddelde verhuurder bracht een woning of kamer 2.100 euro aan huurgeld op. Een woning op het Airbnb-platform werd gemiddeld 31 nachten per jaar verhuurd. Gasten trekken ook steeds vaker naar het platteland en niet meer alleen naar de grote steden.[3]
- Het woord huurgeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "huurgeld" herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 21/11/2017 om 09:45 door jvt Proximus komt huurders vaste toestellen toch tegemoet (zonder financiële compensatie)
- ↑ de Standaard 21/09/2017 om 08:44 door Goele De Cort 779.000 toeristen naar België via Airbnb
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be