inlassen
Uiterlijk
- in·las·sen
- samenstelling van in bw en lassen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inlassen |
laste in |
ingelast |
zwak -t | volledig |
inlassen
- overgankelijk iets in een bestaande reeks tussenschuiven
- Er werd een korte pauze ingelast.
- ▸ Maar deze wekelijkse bezoeken aan de kerk vormden een onderbreking in mijn hectische week en gaven me de gelegenheid om een pauze in te lassen en na te denken over mijn familie en vrienden.[1]
- (elektrotechniek) het toevoegen van een elektrische installatie in een netsectie, waarbij de netsectie gesplitst wordt
- Er werd een middenspanningsruimte ingelast.
- Het woord inlassen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inlassen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Elektrotechniek in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %