mestkoe
Uiterlijk
- mest·koe
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mestkoe | mestkoeien |
verkleinwoord | mestkoetje | mestkoetjes |
- runderen die men houdt voor het vlees; runderen die men vetmest
- runderen waarvan men de mest op een nuttige manier weet te gebruiken
- `Bestrijd CO2-uitstoot met mestkoeien`: Rotterdam. Koeien zijn helemaal niet slecht voor het milieu. Mest mag dan een belangrijke bron van CO2-uitstoot zijn, volgens de werkgroep Groen Gas van Energietransitie kan het ook gebruikt worden voor de productie van biogas - door vergisting - en daarmee klimaatverandering juist tegengaan. [2]
- [1] mestvarken
- Het woord 'mestkoe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mestkoe" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC 20 december 2007 `Bestrijd CO2-uitstoot met mestkoeien
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be