ochtendzon

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ochtendzon    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈɔxtəntzɔn/

Woordafbreking

• och·tend·zon

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  ochtend  en  zon 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ochtendzon	ochtendzonnen
verkleinwoord	ochtendzonnetje	ochtendzonnetjes

Zelfstandig naamwoord

het ochtendzon o

1. zonneschijn vroeg in de morgen

   • Vanuit de eethoek met ochtendzon en een geweldig uitzicht, kunt u via een natuurstenen trap afdalen naar het overdekte terras. 

   ▸ Zo ver je kon kijken waren de bergen bedekt met sneeuw, fonkelend in de ochtendzon.

Antoniemen

• avondzon

Vertalingen

    1. zonneschijn vroeg in de morgen   

Deens: morgonsol (da) g Duits: Morgensonne (de) v Engels: morning sun (en)

Frans: soleil matinal (fr) Noors: morgensol (no) m/v Nynorsk: morgonsol (nn) v

Gangbaarheid

• Het woord ochtendzon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.