wilskracht
Uiterlijk
- Geluid: wilskracht (hulp, bestand)
- wils·kracht
- samenstelling van wil en kracht met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wilskracht | |
verkleinwoord |
- het vermogen om wat je wilt ook te doen ondanks allerlei verleidingen om het anders te doen
- Stoppen met roken is iets wat veel wilskracht vereist.
- Het woord wilskracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wilskracht" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be