zonnewijzer
Uiterlijk
- Geluid: zonnewijzer (hulp, bestand)
- zon·ne·wij·zer
- samenstelling van zon en wijzer met het invoegsel -e- en medeklinkerverdubbeling (regel 2.B).
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zonnewijzer | zonnewijzers |
verkleinwoord | zonnewijzertje | zonnewijzertjes |
de zonnewijzer m
- instrument om de tijd aan te wijzen op basis van de schaduw van een voorwerp, meestal een staaf, die door de zon wordt gegeven.
- (libellen) een libel uit het geslacht Trithemis van echte libellen uit de familie van de korenbouten (Libellulidae)
- [1] gnomon
1.
|
- Het woord zonnewijzer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zonnewijzer" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Invoegsel -e- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Libellen in het Nederlands
- Insecten in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %